BOA’s zijn werkzaam in verschillende domeinen:
De beginnend beroepsbeoefenaar is zichtbaar aanwezig in het werkgebied en is gericht op het toezicht houden op het naleven van wet- en regelgeving en het opsporen van strafbare feiten om zo de veiligheid in het werkgebied te verhogen. De beginnend beroepsbeoefenaar wordt informatiegestuurd ingezet, weet wat er speelt in het werkgebied en werkt daarbij nauw samen met partners in de keten. Hij/zij voelt zich verantwoordelijk om verdachte situaties goed te registreren in beschikbare informatiesystemen.
De beginnend beroepsbeoefenaar heeft een vriendelijke en behulpzame instelling. Hij/zij is standvastig, straalt rust en overwicht uit, is stressbestendig, weerbaar en heeft relativeringsvermogen. Hij/zij kan omgaan met een grote diversiteit aan situaties en personen. Zijn/haar houding is integer, respectvol, gedisciplineerd, correct en deescalerend waardoor corrigerend of confronterend optreden zo weinig mogelijk irritatie oproept. Daarnaast hoort observeren, waarnemen en signaleren bij de primaire beroepshouding; de beginnend beroepsbeoefenaar is alert en schat potentiële risico’s goed in. Vervolgens treedt hij/zij actief en gedecideerd op.
De beginnend beroepsbeoefenaar heeft een goed ontwikkeld moreel kompas, reflecteert op gemaakte keuzes en kan verantwoord omgaan met zijn/haar discretionaire bevoegdheid. De beginnend beroepsbeoefenaar moet verantwoord omgaan met zijn/haar opsporings- en toezichtsbevoegdheden, afwegen of hij/zij situaties zelf kan afhandelen of anderen nodig heeft en gemaakte keuzes kunnen verantwoorden. Het verkeerd inzetten van bevoegdheden heeft niet alleen gevolgen voor de betrokkenen maar ook op het politieke vlak.
De beginnend beroepsbeoefenaar is zich (in werk- en privétijd) ervan bewust dat hij/zij een voorbeeldfunctie vervult en dat het dragen van een uniform bepaalde verwachtingen wekt bij het publiek. In het publiek terrein begrijpt niet iedereen Nederlands en daarom moet de beginnend beroepsbeoefenaar personen in het Engels te woord kunnen staan.
Na het afronden van deze opleiding kan je doorstromen naar een MBO niveau 4 opleiding. Als je na deze opleiding door wil gaan naar een andere MBO opleiding heb je het recht om toegelaten te worden tot deze MBO opleiding indien:
Het is goed om te weten welke kansen op werk je hebt met de opleiding van jouw keuze.
Voor meer informatie, verwijzen we je door naar de site van SBB, de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Kijk bij de laatste publicatie over de regio Rijnmond.