Opleiding

Beroepsgericht onderwijs
Je hebt gekozen voor een opleiding via de beroepsopleidende leerweg (BOL), dat betekent dat je hele dagen naar school gaat. Je krijgt tijdens je BOL-opleiding veel theorie en huiswerk. Een deel van de tijd ga je stage (beroepspraktijkvorming, BPV) lopen.

De opleiding die je gaat volgen is een beroepsgerichte opleiding. Aan het eind van je opleiding ben je in staat om een bepaald beroep uit te oefenen. In de opleiding wordt veel aandacht besteed aan het aanleren van de juiste beroepshouding, het juiste imago. Verder is er veel aandacht voor competenties: de kennis, vaardigheden, de houding en het gedrag die nodig zijn voor het beroep dat je later wilt gaan uitoefenen.

Je beroepsopleiding is gebaseerd op een kwalificatie en keuzedelen. Een kwalificatie is alles wat je moet kennen en kunnen om een beroep uit te oefenen of om een vervolgstudie te kunnen volgen. Je kwalificatie bestaat uit een basisdeel en een profieldeel. Daarnaast volg je keuzedelen om je nog beter op de arbeidsmarkt of je vervolgstudie voor te bereiden.

De beroepsgerichte onderdelen in het basisdeel, het profieldeel en de keuzedelen zijn omschreven in kerntaken, werkprocessen en competenties.

Meer informatie

Kerntaken en werkprocessen

Wat zijn kerntaken?
Kerntaken zijn taken die in een bepaald beroep steeds weer terugkomen en die een medewerker zelfstandig moet kunnen uitvoeren. Een kerntaak bestaat uit verschillende handelingen of deeltaken, de werkprocessen en competenties.

De kerntaken in het basisdeel zijn:
Kerntaak 1 (B1-K1): aanbieden van sport- en bewegingsactiviteiten.
Kerntaak 2 (B1-K2): organiseren en uitvoeren van wedstrijden, toernooien of evenementen.
Kerntaak 3 (B1-K3): uitvoeren van organisatie- en professie gebonden taken.

De kerntaken in het profieldeel zijn*:
P1: Sport en bewegingsleider (niveau 3)
P2: Coördinator buurt, onderwijs en sport (niveau 4) 
P3: Coördinator sport, bewegen en gezondheid (niveau 4)
P4: Coördinator sport- en bewegingsagogie (niveau 4)

*Afhankelijk van je niveau en studiekeuzerichting volg je een van de bovenstaande kerntaken uit het profieldeel.

Wat zijn werkprocessen en competenties?
Werkprocessen zijn de verschillende handelingen om een kerntaak uit te voeren. Deze zijn ook beschreven in het dossier. Om een werkproces goed te kunnen uitvoeren moet je over een aantal competenties beschikken. Onder competenties verstaan we de vaardigheden, kennis en beroepshouding die je nodig hebt om de handelingen (werkprocessen) goed te kunnen uitvoeren.
Het kwalificatiedossier van je opleiding kun je vinden op de website van het SBB, http://kwalificaties.s-bb.nl/.

Zo kun je precies zien wat je gaat leren en wat je moet kunnen aan het einde van de opleiding.

Beroepsgericht onderwijs en competenties

In de sportopleidingen wordt veel aandacht besteed aan competenties:

  • Naast kennis en vaardigheden leer je ook een juiste beroepshouding te ontwikkelen. Dit wordt in de opleidingen Sport en Bewegen imago genoemd. Je moet de juiste beroepshouding tonen, bijvoorbeeld door enthousiasme uit te stralen, respect te tonen en goed te luisteren naar de groep.
  • Je ontwikkelt je competenties door regelmatig handelingen in veel verschillende beroepssituaties te ontwikkelen. Dat kan in praktijklessen op school, in projecten buiten school of in je leerbedrijf tijdens je BPV.
  • Om de juiste houding en het correcte gedrag te kunnen ontwikkelen is het nodig dat je goed naar je eigen gedrag leert te kijken. Dat noemen we reflecteren. Daarom houd je vanaf het begin van de opleiding een Persoonlijk Ontwikkelingsplan bij (POP).
  • Beroepsgericht leren is meer dan alleen kijken naar je eigen gedrag. Je spreekt vervolgens ook met je studieloopbaanbegeleider af waaraan je in een bepaalde periode gaat werken en wat je wilt verbeteren. Je neemt dus ook zelf initiatief en verantwoordelijkheid voor een deel van je opleiding. Daarbij word je gecoacht door een docent.
  • Je hebt een voorbeeldfunctie, dus je laat steeds zien hoe het hoort. Je gedraagt je sportief en weet hoe je met mensen moet omgaan. Je vindt het leuk om met mensen te overleggen en samen te werken. Daar ben je ook goed in.
  • In de opleiding wordt ook veel aandacht besteed aan algemene vaardigheden, zodat je snel kunt inspelen op de veranderingen in de arbeidsmarkt. Voorbeelden van algemene vaardigheden zijn: creatief zijn, innovatief zijn, kritisch denken, problemen oplossen, communiceren, samenwerken en het hebben van aanpassingsvermogen.

Basisdeel

Het basisdeel bestaat uit onderdelen die voor alle beroepen in dit kwalificatiedossier nodig zijn:

  • Algemene basis: de algemene vakken Nederlands, rekenen, Loopbaan & Burgerschap en Engels (alleen niveau 4).
  • Beroepsgerichte basis: alle vakken en praktijkonderdelen die gaan over de gemeenschappelijke taken die bij alle beroepen in dit kwalificatiedossier voorkomen.

Profieldeel

Het profieldeel dat je volgt, bepaalt het beroep. Het profiel wordt ook wel de uitstroomrichting genoemd. Het profieldeel bestaat uit beroepsgerichte onderdelen, specifiek voor dat beroep.

Bij de opleidingen Sport en Bewegen niveau 3/4 kun je kiezen uit de volgende profielen:

  • Sport- en Bewegingsleider (niveau 3)
  • Coördinator sport, bewegen en gezondheid (niveau 4)
  • Coördinator sport- en bewegingsagogie (niveau 4)
  • Coördinator buurt, onderwijs en sport (niveau 4)   

Lessen Nederlands en Engels

Er gelden voor het mbo algemene eisen voor Nederlands en Engels (alleen niveau 4). Deze algemene eisen worden de generieke vaardigheden genoemd. Deze gelden voor alle mbo-opleidingen in Nederland. Voor niveau 4 geldt een hoger niveau dan voor de niveau 3 opleiding. Nederlands en Engels heb je ook nodig om je beroep goed te kunnen uitvoeren. Deze beroepseisen verschillen per opleiding. Dit worden de beroepsspecifieke vaardigheden genoemd. Zowel de generieke als de beroepsspecifieke vaardigheden zijn in examens opgenomen.

Lessen Nederlands
Volg je de mbo opleiding op niveau 3 dan volg je lessen en maak je examens op niveau 2F. Bij niveau 4 volg je lessen en maak je examens op niveau 3F. Je krijgt les en doet examen in de volgende onderdelen:

  • Schrijven
  • Gesprekken voeren
  • Spreken
  • Lezen
  • Luisteren

Lessen Engels

Bij Engels krijg je les en doe je examen in de volgende onderdelen:

  • Schrijven
  • Gesprekken voeren
  • Spreken
  • Lezen
  • Luisteren

Als je dyslexie hebt, is het - onder voorwaarden - mogelijk om een aangepast taalexamen te doen. We adviseren je om in een zo vroeg mogelijk stadium contact op te nemen met je docent rekenen of je studieloopbaanbegeleider over de mogelijkheden.

Engels op mbo niveau 3
Om van niveau 4 goed te kunnen doorstromen naar het hbo of je kansen in het werkveld te vergroten moet je de Engelse taal goed beheersen. Mede hierom is het belangrijk dat ook op niveau 3 het vak Engels onderdeel van het leerprogramma is. In de opleiding wordt gewerkt met schooltoetsen, daarbij ligt het accent op spreken, luisteren en schrijven. De docent Engels verstrekt het toetsplan en bespreekt dit met je.

Lessen rekenen

Rekenen mbo 3 en mbo 4
Voor rekenen (generiek) is er een examen.  Als je ernstige rekenproblemen of dyscalculie hebt, is het - onder voorwaarden - mogelijk om een aangepast rekenexamen te doen. We adviseren je om in een zo vroeg mogelijk stadium contact op te nemen met je docent rekenen of studieloopbaanbegeleider over de mogelijkheden.

Tijdens de lessen rekenen werk je aan de volgende onderdelen:

  • Getallen
  • Verhoudingen
  • Meten en meetkunde
  • Verbanden

 

Lessen Loopbaan en Burgerschap

De onderdelen die bij je loopbaanoriëntatie en -begeleiding aan bod komen zijn:

  • Oriëntatie op je loopbaan.
  • De wensen en waarden van belang voor je loopbaan.
  • Onderzoek naar werk en mobitiliteit in je mogelijke loopbaan.
  • Loopbaangerichte planning en beïnvloeding van je leer- en werkproces.
  • Netwerken: contacten opbouwen en onderhouden op de arbeidsmarkt, gericht op je loopbaanontwikkeling.

Binnen de lessen burgerschap wordt aandacht besteed aan:

  • De politiek-juridische dimensie, je bereidheid en je vermogen om deel te nemen aan politieke besluitvorming (kennis over wetten en rechten en verkiezingen).
  • De economische dimensie, je bereidheid en je vermogen om een bijdrage te leveren aan het arbeidsproces en aan de arbeidsgemeenschap waar je deel van uitmaakt en je bereidheid en je vermogen om op adequate en verantwoorde wijze als consument deel te nemen aan de maatschappij (o.a. solliciteren en “ondernemend gedrag”).
  • De sociaal-maatschappelijke dimensie, heeft betrekking op je bereidheid en je vermogen om deel uit te maken van de gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren (begrijpen hoe de Nederlandse samenleving “werkt”).
  • De dimensie vitaal burgerschap heeft betrekking op je bereidheid en je vermogen om te reflecteren op je eigen leefstijl en zorg te dragen voor je eigen vitaliteit als burger en werknemer (zelfstandig keuzes leren maken, het nastreven van een actieve en gezonde leefstijl.)  

Tijdens de lessen ontvang je allerlei praktische opdrachten waarmee je oefent binnen de genoemde dimensies. Je sluit burgerschap af aan de hand van een theorietoets en praktische opdrachten. Deze moeten als voldoende zijn beoordeeld. Deze resultaten voor burgerschap worden ook verzameld in je examenmap.

Leertrajecten

De opleiding sport- en bewegen kent verschillende leerroutes. Deze verschillen in duur en inhoud. Aan het einde van het eerste of tweede leerjaar van niveau 3-4 wordt er een passende leerroute voor je vastgesteld aan de hand van vooraf gestelde criteria.

Je kunt de volgende leerroutes volgen:

  • Opleidingstraject A, duur 3 jaar, eindkwalificatie niveau 3 sport- en bewegingsleider.
  • Opleidingstraject B, duur 3 jaar, eindkwalificatie niveau 3 sport- en bewegingsleider en niveau 4 sport- en bewegingscoördinator.
  • Opleidingstraject C, duur 4 jaar, eindkwalificatie niveau 3 sport- en bewegingsleider en niveau 4 sport- en bewegingscoördinator.
  • Opleidingstraject E, duur 2 jaar, eindkwalificatie niveau 4 sport- en bewegingscoördinator.

Meer informatie over de leertrajecten vind je hier.

Keuzedelen

Het keuzedeel is een aanvulling op de inhoud van je opleiding. Je verbreedt of verdiept hiermee je toekomstige vakmanschap. Bij het bepalen van het aanbod wordt rekening gehouden met de wensen van het bedrijfsleven in Rijnmond. Je kansen op een baan worden groter. Soms draagt het keuzedeel bij aan een betere doorstroom naar een hoger niveau. Gedurende de opleiding maak je een keuze uit twee of meer keuzedelen. Je volgt tijdens je opleiding 720 studiebelastingsuren aan keuzedelen.

Met je studieloopbaanbegeleider bespreek je welk keuzedeel voor jou het meest passend is. Aan het begin van het schooljaar ontvang je een keuzedelengids, waarin de verschillende keuzedelen worden toegelicht. De opleiding Sport en Bewegen werkt met zogenaamde configuraties (groepering) van keuzedelen. Dat betekent dat per opleidingsniveau en opleidingstraject vooraf is vastgesteld welke combinaties van keuzemogelijkheden er zijn. Je studieloopbaanbegeleider zal in leerjaar 1 met jou de keuzemogelijkheden doornemen en jouw keuzes vastleggen.

Je doet in een keuzedeel ook examen. Het resultaat telt mee voor het behalen van je diploma.

Het is afhankelijk van het aantal aanmeldingen of een keuzedeel start. Bij teveel inschrijvingen kan het zijn dat je een ander keuzedeel moet volgen. Dit gebeurt altijd in overleg met je studieloopbaanbegeleider. 

Ander keuzedeel volgen

Als je een ander keuzedeel wilt volgen dan bij je opleiding wordt aangeboden, kan je een verzoek indienen om een zgn. niet-gekoppeld keuzedeel te mogen volgen, bijvoorbeeld bij een andere branche (school of opleiding binnen Albeda).
Jij kunt hierover informatie krijgen bij je studieloopbaanbegeleider. Je moet er wel rekening mee houden dat de examencommissie moet onderzoeken of het door jou gewenste keuzedeel past binnen jouw opleiding en of dit rooster technisch haalbaar is. Immers een keuzedeel loopt door in meerdere onderwijsperiodes. Je studieloopbaanbegeleider kan je hierbij helpen.

Keurmerk Gezonde School

Met ingang van 2015 zijn wij in het bezit van het keurmerk “Gezonde School”. Het vignet is een erkenning voor scholen die de gezondheid van hun studenten hoog in het vaandel hebben staan. Onze school richt zich hierbij met name op het thema Sport en bewegen. Allereerst omdat dit de kern van onze opleiding is, maar ook omdat studenten Sport en bewegen zich tijdens hun opleiding inzetten om andere, inactieve studenten vanuit het ROC, maar ook van de vmbo-scholen in de regio Rijnmond te stimuleren tot een (meer) actieve, gezonde leefstijl.

Gezondheidseducatie maakt onderdeel uit van ons onderwijsprogramma. Het nastreven van een gezonde leefstijl levert belangrijke voordelen op voor studenten, docenten, scholen in de omgeving en op maatschappelijk gebied in het algemeen. Om zoveel mogelijk mensen een leven lang te laten genieten van sport streven we naar het structureel verhogen van de sportparticipatie. Daaraan proberen wij bij te dragen door kinderen en jongeren al op vroege leeftijd te boeien en te binden aan sport. Ook voor de overheid is het stimuleren van een actieve leefstijl een hoofddoelstelling.

Onderwijstijd

Albeda heeft de wettelijke plicht om voldoende lesuren aan te bieden. De lesuren en de uren in de praktijk staan in een overzicht. Dit overzicht heet een Topmodel. TOP staat voor: Transparent OnderwijsProgrammering. In het Topmodel kan je zien hoeveel tijd je studie je ongeveer zal kosten.