Hoe gaat de beoordeling van je examens?

Hoe de beoordeling gaat en wie de beoordeling doet, is per examen verschillend. Van elk examen krijg je daarover vooraf informatie. Dan weet je waar je aan toe bent.

  • De beoordelaars

De examens die je doet, worden beoordeeld door mensen die dat goed kunnen.

  • Je beoordelaar op school is onafhankelijk en deskundig
  • De praktijkbeoordelaar:
    • is NIET je begeleider;
    • heeft minimaal hetzelfde opleidingsniveau als het eindniveau van jouw opleiding;
    • werkt minimaal één jaar als gediplomeerde professional op het eindniveau van jouw opleiding;
    • heeft de training die bij het examen hoort gedaan en is gecertificeerd;
    • houdt zich aan de voorschriften in het examenmateriaal.
       
  • Soms heb je bij een examen één beoordelaar, en soms twee (dat hoor je vooraf). Deze twee beoordelaars beoordelen je los van elkaar op een eigen beoordelingsformulier. Na afloop van je examen vergelijken ze hun scores en hun toelichting. Ze zorgen dat ze samen tot één oordeel komen, ook als er eerst verschillen waren. Dat noemen we consensus. 
  • Waar let de beoordelaar op?
    • Elke examenkandidaat moet aan dezelfde eisen voldoen. Bij elk examen wordt vooraf afgesproken waar de beoordelaar speciaal op let. Dat noemen we de beoordelingscriteria. Daarover krijg je vooraf informatie. Dan weet je wat belangrijk is, en kun je je goed voorbereiden.
  • De uitslag van je examen
    • In principe krijg je de uitslag van jouw examen binnen tien werkdagen na afname. Alleen voor de Centrale examens (CEM) geldt dat niet. Is een andere afspraak nodig? Dan kan het maximaal tien werkdagen langer duren. Dat hoor je van tevoren.
    • Bij examens in de praktijk krijg je bij beoordeling een voorlopige uitslag. Deze uitslag wordt op school vastgesteld. De definitieve uitslag krijg je uiterlijk tien werkdagen na de vaststelling.
  • Resultaten; over score, cesuur en weging
    • Informatie over de puntentelling en de scores vind je in het examenplan en bij de informatie bij de examens en examenopdrachten.
    • Je hoort ook hoeveel punten in een examen nodig zijn om een voldoende te halen. Dat noemen we de cesuur. Die staat beschreven in de opdracht. De cesuur kan in bijzondere gevallen bijgesteld worden.
    • Hoe zwaar een onderdeel telt, noemen we de weging. Informatie over de weging vind je in de informatie bij het examen en in je examenplan.
    • De resultaten kun je vinden in het Studenten informatie Systeem (Eduarte).
       
  • Het gemaakte examen inzien
    • Je hebt bij de beroepsgerichte examens en de instellingsexamens tot drie maanden na de uitslag van dat onderdeel ‘recht op inzage’ van de opgaven, je gemaakte werk en de beoordeling.
    • Voor inzage in de Centrale Examens gelden andere regels. Je kunt hiervan alleen je eigen antwoorden en je score zien.
    • Je mag geen foto’s, video’s of geluidsopnames maken van de examens.
    • Je mag de examens, die je niet mee naar huis mag meenemen, niet overschrijven. Je mag wel aantekeningen maken van de onderdelen die met een onvoldoende zijn beoordeeld. 
    • Wil je het gemaakte examen en de beoordeling inzien? Vraag dit per e-mail aan bij via het examenbureau (examenleider) van je opleiding. Je hoort van de examenleider wat de regels voor inzage zijn.

 

  • De kwaliteit van de beoordeling
    • We willen dat je beoordeling heel goed gebeurt. De opleiding én de examencommissie controleren los van elkaar de kwaliteit van de beoordeling in de school en in de praktijk. Daarom zijn zij soms aanwezig bij examens. Ook controleren ze met steekproeven ingevulde beoordelingsformulieren. Zo weten we zeker dat de beoordeling goed verloopt. Ook kunnen we zo verbeteren wat niet goed gaat. Als je zelf denkt dat je niet op een juiste manier beoordeeld bent, kun je dat aangeven bij de examenleider. (Zie ook hoofdstuk ‘Oplossingen bij problemen’.)

       

De betekenis van de schuingedrukte woorden vind je in het woordenboek examinering en diplomering.