Volledig leren in, van en voor de praktijk
We willen zoveel mogelijk dienstverlening in de praktijk leren. We verbinden daardoor de theorie die je wel krijgt en de vaardigheidsoefeningen, zoveel mogelijk aan wat jij op rond die tijd ook in het werk tegenkomt, of zal tegenkomen. Dat noemen we hybride leren. Dat leren verbindt het werken via reflectie met kennis & vaardigheidsoefening.
Beroepsspecifieke vaardigheden:
Binnen de opleiding Luchtvaartdienstverlener werken we met beroepsspecifieke vakken:
- Cabine
- Passage
- Spaans
- Engels beroepsspecfiek
- Hotellerie
Deze vakken zijn gebaseerd op de werkprocessen binnen het kwalificatiedossier Dienstverlener in de luchtvaart. Het uitvoeren van deze leerdoelen ga je zelf plannen aan het begin van een leercyclus. De beroeps specifiek vakken zijn geclusterd in verschillende modules waarin een bepaald thema of complexiteit centraal staat. In het laatste gedeelte van de module komen alle leerdoelen bij elkaar en wordt dit afgetoetst. De verschillende docent experts begeleiden en onderwijzen. De lessen worden aangeboden in verschillende didactische concepten: reguliere lessen, workshops, leerpleinen en authentieke situaties. Je krijgt de lessen in onze contextrijke leeromgeving “het Aviation Training Centre”. Je krijgt feedback vanuit de docent-expert over jouw voortgang m.b.t. de uitgevoerde leerdoelen. Zelf reflecteer je ook op de door jouw uitgevoerde leerdoelen.
Algemene taal en rekenvaardigheden:
De algemene taal en rekenvaardigheden staan los van de beroepsopleiding. Omdat bovendien is gebleken dat studenten binnen het cluster Hospitality regelmatig doorstromen naar een andere opleiding, is er gekozen voor één opleidingsonafhankelijke taalmethode en één opleidingsonafhankelijke rekenmethode voor alle opleidingen van het cluster Hospitality. Op deze manier wordt zoveel mogelijk voorkomen dat je bij doorstroom extra kosten moet maken voor een andere methode.
Voor Nederlands en Engels wordt gebruik gemaakt van de methode “Taalblokken 3”, voor rekenen van de methode “Nu rekenen”.
Taalblokken 3: Met deze methode is differentiëren eenvoudig. De docent bepaalt de opzet van de les: klassikale instructie, (digitaal) zelfstandig werken en/of samenwerken. Taalblokken 3 heeft bovendien een remediërende leerlijn voor alle niveaus: “Springstof”. Dit programma wordt ingezet als je vastloopt. Je begint de cursus met een zogenaamde nulmeting. Daarin wordt bekeken wat je al weet en wat voor jou de beste manier is om op het juiste niveau te komen. Tegen het einde van het programma wordt je door examentrainingen voorbereid op de examens.
SmartRekenen: SmartRekenen mbo is dé rekenmethode voor alle niveaus van het mbo. De methode bevat lesmateriaal voor de referentieniveaus 1F, 2A, 2F en 3F.Naast theorie en oefenopgaven zijn er instaptoetsen om het startniveau te bepalen, tussentijdse toetsen voor beoordeling en toetsen voor examenvoorbereiding. U kiest of u doelen stelt en de planning bepaalt of de student volledig adaptief in eigen tempo laat werken.
SmartRekenen mbo werkt in alle moderne browsers op pc, laptop en tablet, is gekoppeld aan ELO’s en verkrijgbaar als pdf en leerwerkboek. Door de juiste mix van lesmateriaal werkt de student in de vorm die het beste aansluit!
Loopbaan & Burgerschap:
Tijdens het LB onderwijs wordt gebruik gemaakt van:
- Werken aan je toekomst, niveau 3-4 (Codename Future)
- De maatschappij dat ben JIJ -, niveau 3-4 (Codename Future)
- Project Burgerschap
- Sport lessen
Loopbaan
Dit onderdeel komt tijdens de SLB-K lessen aan bod en zal worden afgesloten middels portfolio-opdrachten. Om aan de inspanningsverplichting te kunnen voldoen moeten de opdrachten met voldaan worden afgesloten.
Burgerschap
Aan de hand van opdrachten (portfolio) en sportlessen wordt Burgerschap in het eerste leerjaar afgerond. De volgende dimensies komen hierbij aanbod:
- Sociaal – Maatschappelijk
- Economisch
- Politiek – Juridisch
- Vitaal Burgerschap
In het tweede leerjaar volgt een project burgerschap (pilot).
Een docent is verantwoordelijk voor de voortgang en begeleiding bij Loopbaan & Burgerschap (L&B). De docent stelt vast of de student actief heeft deelgenomen. De docent stelt tevens vast of het portfolio de vereiste producten bevat. Daarna geeft de docent per onderdeel aan in SIS dat de student voldaan heeft aan L&B. De resultaten worden overgedragen aan de examenverantwoordelijke van het team. Namens de examencommissie tekent de examenverantwoordelijke van het team de “Verklaring afronding Loopbaan & Burgerschap”. De examenverantwoordelijke voegt de verklaring toe aan het examendossier van de student.