Tijdens de opleiding maak je toetsen en opdrachten. Met de toetsen meten we je studievoortgang. Met je studieloopbaanbegeleider bespreek je jouw studievoortgang.
De resultaten van je toetsen en opdrachten laten zien of je de lesstof begrijpt en/of aankan. Het is daarmee een aanwijzing of je de examens goed zal kunnen maken.
Voortgangstoetsen kunnen allerlei vormen hebben, zoals:
De resultaten van je toetsen of opdrachten zijn mede bepalend voor jouw studievoortgang en of je naar de volgende fase in jouw opleiding kan. Met het kwalificerend examen sluit je je opleiding af. Meer informatie over de examens die je moet afleggen en de diploma-eisen vind je onder de tegel examens.
In ieder schooljaar voer je tenminste twee voortgangsgesprekken met je studieloopbaanbegeleider. Tijdens deze gesprekken bespreken jullie onder andere je studievoortgang, je resultaten en de ontwikkeling in jouw beroepshouding. Van ieder gesprek wordt een verslag gemaakt die je terug kunt vinden in jouw studentenportaal. De inloggegevens hiervoor krijg je bij de start van jouw opleiding.
Ben je jonger dan 18 jaar? Dan informeren we je ouders/wettelijke vertegenwoordigers via het ouderportaal over jouw studievoortgang. Let op: Wanneer je om een bepaalde reden niet wil dat je opleiding (een van) je ouders of wettelijk vertegenwoordigers informeert, bespreek dit dan met je studieloopbaanbegeleider.
Om door te kunnen met je studie moet je voldoen aan bepaalde voortgangscriteria. De voortgangscriteria voor jouw opleiding staan hieronder.
>De criteria volgen nog.
Als je alleen de REN vakken (rekenen en Nederlands) onvoldoende maakt, telt dit niet mee voor de overgang. We kunnen je wel het advies geven om deel te nemen aan de zomerschool. Voor het behalen van je diploma moet je wel een (gemiddeld) voldoende behalen voor rekenen en Nederlands (een 5 en een 6).
Als medewerker sport- en recreatie draag je een grote verantwoordelijkheid. Je moet zorgen voor een veilige omgeving waarbinnen gesport kan worden. Je moet aandacht hebben voor de verschillende niveaus en mogelijke beperkingen van sporters tijdens (risicovolle) activiteiten. Daarom moet je beschikken over veel vaardigheden en theoretische kennis. Daarnaast is het noodzakelijk om een juiste beroepshouding te ontwikkelen. In dit werkveld werk je immers met mensen. Sommigen moeten enthousiast gemaakt worden, anderen moeten begeleid, gemotiveerd of juist afgeremd worden. Daar moet je allemaal mee om kunnen gaan. Een juiste houding ten opzichte van de ander is essentieel om goed te functioneren. Bovendien moet je goed en zorgvuldig met materialen omgaan. Je beroepshouding zal regelmatig door je docenten beoordeeld worden tijdens de opleiding. Natuurlijk krijg je de kans je hierin te ontwikkelen. De docent kan je helpen door je te vertellen hoe jij jouw beroepshouding kan verbeteren.
Bij het beoordelen van je studie- en beroepshouding letten we op de volgende zaken:
Er is sprake van onvoldoende studievoortgang als aan een van de onderstaande criteria niet wordt voldaan:
Tijdens de voortgangsvergadering bespreken de docenten jouw voortgang en je mogelijkheden:
Werkstukken, opdrachten en verslagen moet je op het afgesproken tijdstip inleveren. Wanneer je de deadline mist, krijg je te maken met de regels voor herkansingen. Je bent verplicht om van ieder werkstuk, opdracht of verslag zelf een kopie te bewaren.
Er worden geen herkansingen georganiseerd. We verwachten van jou dat je gebruik maakt van het eerste toetsmoment. Dit kan bijvoorbeeld het afleggen van een (voortgangs)toets of het maken van een opdracht zijn.
Het is wel mogelijk om een toets of opdracht in te halen, mits daar een geldige reden voor is.
Regels voor het inhalen van proefwerken
Inhalen kan wanneer je door ziekte, om medische redenen of bij toegekend (bijzonder) verlof niet hebt kunnen deelnemen aan het toetsmoment. Hiervoor moet je een bewijsstuk (bijvoorbeeld een doktersverklaring of een verklaring van een behandeld specialist, een verlofbewijs en/of een verklaring van je mentor) kunnen overleggen.
In het eerste studiejaar van je opleiding ontvang je een bindend studieadvies. Dit kan een positief advies zijn, wat betekent dat je je opleiding kan voortzetten. Je kunt ook een negatief advies krijgen. Bij een negatief bindend studieadvies wordt de inschrijving beëindigd en moet je stoppen met je opleiding.
Als je een éénjarige opleiding volgt, ontvang je een bindend studieadvies tussen de derde en vierde maand van het eerste studiejaar. Als je een opleiding volgt die langer duurt dan een jaar, dan ontvang je een bindend studieadvies tussen de negende en twaalfde maand van jouw opleiding.
Als je wilt stoppen met je opleiding, bespreek dit dan met je studieloopbaanbegeleider. Hij of zij verwijst je naar het ondersteuningsteam. Het ondersteuningsteam denkt met jou mee over je toekomst en een eventuele andere opleiding.
Het kan zijn dat je je studie bij Albeda niet afmaakt. Dat kan verschillende oorzaken hebben. Als je uitgeschreven wordt bij Albeda, dan heb je recht op een mbo-verklaring. Dit is een verklaring met daarop de door jouw behaalde resultaten. Dit kan je helpen als je gaat solliciteren of als je weer aan een nieuwe mbo-opleiding gaat beginnen (vrijstellingen). Wil je meer weten over de mbo-verklaring, ga dan even langs bij je slb’er.
Je ontvangt automatisch een mbo-verklaring als je: